Opleiding: scholingsbeding

Op 7 maart 2024 keurde de regering in laatste lezing het besluit tot invoering van een scholingsbeding goed.

Juridisch

09 april 2024

Op 7 maart 2024 keurde de regering in laatste lezing het besluit tot invoering van een scholingsbeding goed. Een scholingsbeding is een beding waarbij een (statutaire of contractuele) werknemer die op kosten van de werkgever een specifieke opleiding volgt terwijl hij werkzaam is voor een openbare instelling, zich ertoe verbindt een deel van de opleidingskosten terug te betalen als hij de openbare instelling verlaat voordat een door de partijen overeengekomen periode is verstreken. De publicatie in het Belgisch Staatsblad vond plaats op 20 maart 2024.  

Het door de regering goedgekeurde besluit introduceert het concept van een scholingsbeding in volgende twee besluiten: 

  • Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de gewestelijke overheidsdiensten van Brussel; 

  • Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; 

Inhoudelijk betreffen de wijzigingen volgende zaken: 

  1. Toepassingsgebied: Het scholingsbeding kan van toepassing zijn op alle werknemers, ongeacht of ze statutair zijn aangesteld of middels een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur. 

  1. Toepassingsvoorwaarden: De toepassing van het scholingsbeding is onderworpen aan bepaalde voorwaarden: 

  • De jaarlijkse bezoldiging van het contractueel personeelslid moet hoger zijn dan €41.969 (bedrag van toepassing op 1 januari 2024) en deze van het statutair personeelslid moet hoger zijn dan €32.842,39 (bedrag van toepassing in maart 2024). 

  • De opleiding moet de werknemer in staat stellen om nieuwe professionele vaardigheden te verwerven die buiten het bedrijf gebruikt kunnen worden. 

  • De opleiding moet minstens 80 uur duren of een waarde hebben van meer dan tweemaal het gegarandeerde minimum maandinkomen (d.w.z. €3.988,36 op 1 november 2023). 

  • De opleiding valt niet binnen het regelgevende of wettelijke kader zoals vereist is voor de uitoefening van het beroep waarvoor de werknemer is aangenomen. 

  1. Vormvereisten: Op straffe van nietigheid moet het scholingsbeding schriftelijk worden vastgelegd, uiterlijk op het moment dat de opleiding die onder het beding valt begint. Het schriftelijke document moet een reeks verplichte bepalingen bevatten: 

  • Een beschrijving van de opleiding, de duur en de locatie waar de opleiding wordt gegeven. 

  • De kosten van deze opleiding of, als de kosten niet volledig kunnen worden vastgesteld, een schatting van de waarde van de opleiding. 

Als niet aan de bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, wordt het scholingsbeding als onbestaand beschouwd, d.w.z. dat het geen rechtsgevolgen heeft. 

  1. Uitzonderingen voor knelpuntberoepen:  

  • Uitzondering op het loon: de voorwaarde met betrekking tot de bezoldigingsdrempel (€41.969 of €32.842,39 in 2024) wordt geschrapt als het scholingsbeding betrekking heeft op een opleiding voor een beroep of een functie die voorkomt op de lijsten van knelpuntberoepen of moeilijk invulbare functies in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 

  • Specifieke opleiding:  

  • De opleiding moet de werknemer in staat stellen om nieuwe professionele vaardigheden te verwerven die buiten het bedrijf gebruikt kunnen worden.  

  • De opleiding valt mogelijk niet binnen het regelgevende of wettelijke kader zoals vereist is voor de uitoefening van het beroep waarvoor de werknemer is aangenomen. Deze voorwaarden zijn echter niet van toepassing als het gaat om een opleiding voor een beroep of functie die voorkomt op de lijsten van knelpuntenberoepen of -functies die moeilijk in te vullen zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.  

Gelieve via deze link het volledige besluit te vinden.